Aardewerk klei
Op relatief lage temperaturen gebrande keramiek waarbij de klei nog
poreus is en geglazuurd moet worden om hem ondoorlatend te maken.
Steengoed klei
Keramiek waarin de klei volledig is dicht gesinterd, en zo een
niet-poreus voorwerp is geproduceerd. Dergelijke resultaten worden
verkregen boven temperaturen van 1200 graden Celsius.
Porselein
Fijne, bij hoge temperaturen bakkende, witte klei die wanneer hij dun is doorzichtig wordt.
Gietklei
Voor het gieten van keramische voorwerpen. Als elektrolyt of
ontvlokkingsmiddel worden natrium- silicaat en natriumcarbonaat door het
kleimengsel geroerd. Het slib blijft daardoor vloeibaar.
Chamotte.
Gebrande klei die wordt fijngemalen, van fijne stof tot grof zand.
Wanneer dit aan zachte klei wordt toegevoegd, wordt deze sterker en is
hij beter bestand tegen kromtrekken en thermische schok.
Engobe
Engobe is een kleislib, verkrijgbaar in verschillende kleuren. Maak
met water en de engobe poeder een papje aan zo dik als yoghurt. Royaal
aanbrengen op leerharde klei. Daarna bakken op de temperatuur van de
biscuitstook. Eventueel na de biscuitstook met een transparant glazuur
bedekken en opnieuw bakken op een temperatuur van 1000-1060 graden
Celsius. De kleur van de engobe zal dan veel intenser worden.
Poeder glazuren
Om inademing van glazuurpoeder te voorkomen, adviseren wij u voor
gebruik deze direct met water te vermengen in de verhouding; 6 delen
water op 10 delen glazuur. Glazuurzeef 40/60 gebruiken.
Lusters
Metaalzouten die in een dunne laag over een glazuur worden
aangebracht, op een lage temperatuur worden gestookt en zo een stralende
metaalachtige glans krijgen.
Majolica
De majolica decoratieverf is een gemakkelijk te verwerken keramische
kleurstof, die onderling mengbaar is en verschillende toepassingen kent.
Onderglazuur
De majolica met water aanlengen tot de onderglazuur verf de gewenste
dikte heeft. Hierna op de biscuitscherf aanbrengen. Voor dunne lijnen de
majolica iets dunner maken en een fijn penseel gebruiken. Het is zeer
goed mogelijk om op deze manier te aquarelleren. Vervolgens het geheel
met een transparant glazuur bedekken en in de oven bakken op 1000-1020
graden
Opglazuur
Een andere en veel gebruikte manier is het biscuit voorwerp in de
glazuur dompelen en daarna met de majolica de gewenste decoratie
opschilderen, spatten, etc. Het geheel voor de tweede keer (dus glazuur
en majolica tezamen) bakken op een temperatuur van 1000-1020 graden
Celsius. Tijdens het stookproces versmelt de majolica met de
onderliggende laag glazuur. Hierdoor ontstaat een lichtvloeiende
contourlijn, die typerend is voor de majolica techniek.
Antilekmiddel
Maakt geglazuurde vazen waterdicht. Niet geschikt voor eet en drink servies.
Biscuitlijm
Dit product wordt gebruikt om biscuit (aardewerk en steengoed)
scherven te verlijmen. Na verlijming kan het voorwerp weer geglazuurd en
gestookt worden. Tevens voor vulling van haarscheurtjes in biscuit.
Tylose
Bind/zweefmiddel.
Fritte
Een poedervormige glazuurgrondstof ontstaan door het smelten van
oplosbare of giftige materialen zoals lood met silicaat. De substantie
koelt af tot een klomp en wordt tot een onoplosbaar poeder vermalen dat
minder gevaarlijk is dan de oorspronkelijke materialen.
Aluminiumhydraat
Wordt o.a. gebruikt als beschermende laag op ovenplaten, tevens bij
porseleinbakken voor een minimale weerstand tijdens het krimpen op de
plaat. Aluminiumhydraat dient 3 maal in een lege oven voor gestookt te
worden op ongeveer 1250 graden Celsius om neerslag op de werkstukken te
voorkomen.
Aluminiumoxide
Smeltpunt verhogend wordt o.a. gebruikt als stabilisator in glazuur
samen- stellingen. Bestandsdeel van klei en glazuren. Maakt een glazuur
harder en meer slijtvast. Verhoogt de viscositeit van de gesmolten
glazuurmassa. Vermindert de transparantheid van een glazuur. Chroomoxide
(groene tinten) kan roodachtige tinten geven bij aanwezigheid van een
extreem hoog gehalte aluminium. Wordt meestal in de vorm van kaolien of
kleipoeder.
Antimoonoxide
Zeer giftig, gedeeltelijk oplosbaar. In combinatie met lood ontstaat
het Napels geel. Worden hieraan kleine hoeveelheden ijzeroxide
toegevoegd dan ontstaat een meer oranje kleur. In engobes waar een
loodglazuur overheen komt moet minstens 8% antimoonoxide worden
toegevoegd om de gele kleur te krijgen.
Verzacht harde kleuren. Heeft neiging tot verdampen op hoge temperaturen
Ballclay
Zeer plastische sedimentaire klei met een hoog krimppercentage. Wordt
vaak met andere kleisoorten vermengd teneinde deze meer plastisch te
maken. Wordt toegevoegd aan glazuren om de adhesie te verhogen.
Zweefmiddel in glazuren. Ter vervanging van kaolien in glazuren als er
op de rauwe scherf geglazuurd wordt, hierdoor past het glazuur zich
beter aan bij de krimp van de scherf.
Bariumcarbonaat
Wordt aan kleimassa’s toegevoegd ter voorkoming van, door oplosbare
sulfaten veroorzaakte, witte schuimachtige vlekken, vaak te zien op
terracotta en bakstenen. Sterk vloeimiddel in steengoed- en
porseleinglazuren. In kleine hoeveelheden toegevoegd verhoogt barium de
glans en transparantheid van een glazuur. Werkt bij grote hoeveelheden
toegevoegd matterend in aardewerkglazuren. Heeft weinig invloed op
kleuren. Kristalvormend in combinatie met zink.
Beendermeel/Calciumfosfaat
Bentone
Is hetzelfde als bentoniet echter 6 maal sterker geconcentreerd.
Vulkanische herkomst, bijzonder plastische kleisoort, wordt o.a. aan
andere kleisoorten toegevoegd om de plasticiteit te verhogen. In
plasticiteit 5 maal zo sterk in verhouding met ball clay. Wordt in
glazuren als zweef- middel en als vervanging voor kaolien gebruikt
vanwege de droogsterkte van de rauwe glazuur. Groot absorberend
vermogen, zeer fijne structuur, dient droog gemengd te worden wegens
klontering.
Boorzuur
Smeltpunt verlagend. Glasvormer. Oplosbaar in water en daarom
gewoonlijk in gefritte vorm gebruikt. In kleine hoeveelheden toegevoegd
voorkomt het haarscheuren. Bij grote hoeveel- heden veroorzaakt boorzuur
een witte sluier in een glazuur.
Calciumcarbonaat/krijt
Ook wel whiting genoemd. Door het bijmengen van krijt in
aardewerkmassa’s krijgen deze een heldere witte kleur en de scherf zal
minder snel kromtrekken. Krijt levert het calciumaandeel in een glazuur.
Tamelijk hittebestendig maar in combinatie met bijvoorbeeld veldspaat
zal het als vloei- middel fungeren. Dit wordt voornamelijk in steengoed
glazuren gebruikt.
Krijt maakt een glazuur harder en minder gevoelig voor zuren. Matteringsmiddel zwakker dan zink.
Calciumfosfaat / Beendermeel
Calciumfosfaat wordt gemaakt van runder botten die gecalcineerd en
gemalen worden. Dit poeder bevat 2 belangrijke stoffen; calcium als
vloeimiddel en fosforisch pentoxide als glasvormend element, dat tevens
smeltpuntverhogend werkt. In verbinding met kaolin en china stone levert
dit een van de sterkste en tegelijk dunste soorten keramiek op die er
bestaat. In bepaalde glazuren als dekkingsmiddel om het titaandeel te
verminderen.
Chroomoxide
Groenkleurend oxide. Altijd apart stoken i.v.m. sympathiebrand,
vooral in tin houdende glazuren. In combinatie met lood kunnen roze en
gele kleuren ontstaan.
Geschikt voor elke temperatuur. Zeer stabiel. Goed te gebruiken voor penseelwerk onder een glazuur.
Cobaltcarbonaat
Sterk smeltpunt verlagend, intensief kleurend pigment gebruikt om
blauwe kleuren te verkrijgen. Minder sterk kleurend dan de oxide maar
laat zich gelijkmatiger door het glazuur verdelen. In combinatie met
mangaan of ijzerchromaat of oker ontstaan kleuren variërend van grijs
tot zwart.
Cobaltsulfaat
Smeltpunt verlagend. Veroorzaakt speciale decoratieve effecten,
indien niet gevijzeld. Geeft spikkels en bij hogere temperaturen een
druppeleffect. In water oplosbaar.
Cobaltoxide
Smeltpunt verlagend. Sterk blauw tot blauwzwart kleurend pigment. In
alkalische glazuren levendig blauw, in loodglazuren diep tot zwartblauw.
In combinatie met magnesium paars In combinatie met titaan blauwgroen
In combinatie met titaan en nikkel grijs Geschikt voor alle
temperaturen.
Cobalt silicaat
Smeltpunt verlagend. Sterk blauw tot blauwzwart kleurend pigment
(0,2-0,3%) In alkalische glazuren levendig blauw. Met magnesium
paarsachtig. Met titaan blauwgroen. In loodglazuren diep blauw.
Colemaniet
Gehydrateerde calciumboraat. Sterk vloeimiddel in aardewerk glazuren.
Moeilijk in water oplosbaar, daarom vaak gebruikt in plaats van borax.
Wordt gebruikt ter voorkoming van craquelé in glazuren. Is enigszins
dekkend. Heeft neiging tot sproeien in de oven. Kan in sommige gevallen
voor roze en rode kleuren calcium vervangen. Vaak geeft men de voorkeur
aan gerstley-boraat wegens meer stabiele kwaliteit.
Cornish Stone
Smeltmiddel in steengoed glazuren. Hoofdbestanddeel van vele Engelse
glazuren. Veldspaatachtige grondstof met een laag krimppercentage in
zowel rauwe als gebrande glazuur. Bevat veldspaat, kwarts, kaoliniet,
vloeispaat en diverse andere mineralen.
Dolomiet
Calcium magnesium dubbel carbonaat. Natuurlijk mineraal. Smeltmiddel
in steengoed en porselein glazuren. Kristallisator, toevoeging van 3 –
5% aan glanzende aardewerk glazuren werkt matterend.
Gerstleyboraat
Steeds moeilijker verkrijgbaar. Vervanger is synthetische gerstleyboraat. Smeltpunt verlager, vaak toegepast bij rakuglazuren.
Houtas
Een vloeimiddel. Wordt gewoonlijk samen met klei die aluminium of siliciumoxide bevat, gebruikt voor steengoed glazuur.
Ilmeniet/IJzertitanaat
Zie Rutiel.
Kaolin/China clay
Zeer zuivere witte primaire klei. Hoofdbestanddeel van porseleinklei.
Zeer hoog krimppercentage. Wordt in glazuurrecepten gebruikt om
aluminium en silicium in te voeren. (stabilisator). Smeltpunt verhogend
en is weinig plastisch.
Kaliumcarbonaat/Potas
Niet caustieke plantaardige alkali, oplosbaar in water. Meestal
gebruikt om kleuren te verzachten. Kopergroen kan geelgroen of
helderblauw worden.
Levert kaliumoxide. Sterk alkalisch smeltmiddel. Wordt gebruikt als fritte. Is oplosbaar in water.
Kopercarbonaat
Sterk kleurend pigment maar minder intensief dan de oxide. Laat zich
echter beter verdelen. N.B. Koper verhoogt de oplosbaarheid en afgifte
van lood in een glazuur.
Koperoxide zwart
Sterk kleurend oxide. Smeltpunt verlagend. Turqoise in alkalische
glazuren. Egyptisch blauw in natrium glazuren. Glasgroen in
loodglazuren.
Kopersulfaat
Oplosbaar in water voor speciale effecten.
Kryolith
Fluoride van sodium en natrium. Wordt o.a. gebruikt bij de fabricage
van emaillen en in mindere mate in frittes en glazuren. Wordt tevens
gebruikt om krater glazuren samen te stellen. Onoplosbaar in water.
Krijt
Zie calciumcarbonaat.
Kwarts/vuursteen
Siliciumoxide, flint, kiezelaarde. Glasvormer. Smeltpunt 1700 graden
Celsius. Belangrijk bestanddeel van glazuren. Verhoogt het smeltpunt van
glazuren. Tot 10% toevoegen voorkomt craquelé in glazuren. Vermagert
klei en brengt het krimppercentage daarvan terug. Ter bescherming van de
ovenplaten; 50% kwarts en 50% kaolien met water aanmaken en met een
kwast op de platen aanbrengen.
Lithiumcarbonaat
Hoog alkaliciteit. Verhoogt het smeltpunt in glazuren. Sterk
vloeimiddel in midden temperatuur glazuren. In geringe mate oplosbaar in
water. Versterkt de glans van een glazuur. Bevordert de kristallisatie
van mat en kristal glazuren. Vermindert de chemische en mechanische
bestendigheid. Na het zeven toevoegen.
Loodchromaat
Water oplosbaar. Geeft chroomgeel en geeloranje kleuren. N.B.
Loodhoudende glazuren niet op gebruikskeramiek aanbrengen, vanwege de
afgifte van schadelijke stoffen.
Mangaancarbonaat
Kleureffecten; zie mangaanoxide. De carbonaatvorm laat zich beter
door een glazuur verdelen dan de oxide, maar is minder intensief
kleurend.
Magnesium carbonaat
Magnesiet. Vloeimiddel in steengoed glazuren. Matteringsmiddel bij 7 –
8%. Heeft een grote droog en bakkrimp, wordt daarom vaak gebruikt in de
vorm van dolomiet. Maakt een glazuur minder vloeibaar. Kan kleur
veranderend werken. In grote hoeveelheden toegevoegd veroorzaakt het
speldenprikken. Halfmat oppervalk bij toevoegingen tot 10%.
Mangaanoxide/bruinsteen
Wordt hoofdzakelijk als pigment in klei en glazuren gebruikt.
Smeltpunt verlagend in steengoed glazuren. Geeft kookeffecten in
glazuren, geeft zwarte, bruine, roze of paarsachtige kleuren. In grote
hoeveelheden toegevoegd kan blaasvorming ontstaan. De carbonaat vorm
heeft dit minder. Meer dan 20% geeft een metaalachtig oppervlak. In
combinatie met tinoxide bruine kleuren In combinatie met kobalt en ijzer
zwart. In alkalische glazuren violet.
Molochite/poeder chamotte/gecalcineerde kaolien
In glazuren gebruikt om aluminium in te voeren, geeft minder krimp
dan kaolien. Ook als beschermlaag op ovenplaten, tussen pot en deksel,
etc.
Molybdeenoxide
Wordt gebruikt in de fabricage van geel kleurige stains. Oplosbaar in
water en zeer giftig. Kristal vormend in een glazuur waarbij dan de
kristallen de kleur aannemen van de gebruikte kleuroxide.
Natriumcarbonaat/soda
Gecalcineerde soda, sodiumcarbonaat. Wordt gebruikt als deflocculant
bij het prepareren van gietklei. Sterk vloeimiddel. Oplosbaar in water,
daarom meestal in gefritte vorm gebruikt of in de vorm van natron
veldspaat.
Nepheline seyenite
In combinatie met een alkalifritte kan het worden gebruikt voor een
betere vloeiing voor steengoed en aardewerk glazuren. Nikkeloxide zwart:
5 – 10% In een kristalglazuur verhoogt de kristalvormende werking.
Nikkel geeft onvoorspelbare effecten en wordt daarom meestal slechts
gebruikt om kleuren, verkregen door andere oxides, zachter, dieper en
donkerder te maken. In glazuren met een hoog zinkgehalte kan geel of
blauw ontstaan.
Nikkelcarbonaat
Zie nikkeloxide. Minder sterk kleurend en beter door de glazuurmassa te verdelen.
Nikkeloxide zwart.
5 tot 10 % in een kristalglazuur verhoogt de kristal vormende
werking. Nikkel geeft vaak onvoorspelbare effecten en wordt daarom
meestal gebruikt om kleuren, verkregen door andere glazuren zachter,
dieper en donkerder te maken (1-3%).
In glazuren met een hoog zinkgehalte kan geel of blauw ontstaan.
Met magnesium ontstaat groen.
Petalite/spodimeen
In combinatie met een alkalifritte kan het worden gebruikt voor een
betere vloeiing voor steengoed en aardewerk glazuren. Nikkeloxide zwart:
5 – 10% In een kristalglazuur verhoogt de kristalvormende werking.
Potas/Kaliumcarbonaat
Zie kaliumcarbonaat
Ruliel/Ilmeniet
Een onzuivere vorm van titaandioxide. (ijzerverontreiniging,
enigszins spikkel- effect). Titaan vermindert de oplosbaarheid van lood
in een glazuur. Erg mooi in combinatie met kleurende oxides. Van belang
in kristal en matglazuren.
Siliciumcarbide/carborundum
Wordt o.a. gebruikt ter verkrijging van plaatselijke reductie in
oxidatieve atmosfeer. Bijvoorbeeld 0,5% silicum carbide in een alkalisch
glazuur met koper veroorzaakt koperrode reductie-effecten. In grotere
hoeveelheden toegevoegd ontstaan blazen of kraters in een glazuur.
Strontiumcarbonaat
Wordt o.a. gebruikt in boorglazuren om de boorsluier te verminderen.
Maakt gekleurde glazuren brillanter en levendiger van kleur. Sterk
vloeimiddel in aardewerk glazuren, kan hierin voor een deel het
loodgehalte vervangen. Verlaagt de viscositeit van een glazuur. De
werking in glazuren is te vergelijken met die van bariumcarbonaat.
Talk
Gecalcineerde soda, sodium carbonaat. Verhoogt de schokbestendigheid
van kleimassa’s en reduceert de thermische uitzetting. Goed
matteringsmiddel in glazuren. Halfmat, dekkend opper- vlak. Talk kan een
glazuur doen ‘optrekken’.
Tinoxide
Wordt gebruikt om een dekkend matglazuur te krijgen. Zacht blauwwit in
zowel aardewerk- als steengoed glazuren. Vaak gebruikt in combinatie met
titaanoxide om een minder koud resultaat te krijgen. Tinoxide maakt een
glazuur elastischer en werkt tevens gunstig ter voorkoming van
haarscheuren.
Titaanoxide
Maakt een glazuur cremewit, mat of halfmat. Bevordert kristalvorming
vaak in combinatie met zinkoxide. Titaan verhoogt de weerstand van een
glazuur tegen zuren. In kleine hoeveelheden toegevoegd vermindert het de
oplosbaarheid van lood in glazuren. Het verbindt zich met stoffen,
bijvoorbeeld ijzer, uit de onderliggende kleischerf, waardoor
onverwachte kleurschakeringen kunnen ontstaan. In combinatie met nikkel
kunnen titaan houdende glazuren rood worden.
Veltspaat kali
Hoofdbestanddeel van (porselein) klei en steengoed glazuren. Heeft
een hoger smeltpunt dan natron veldspaat en is neutraler ten opzichte
van de kleuren. Niet oplosbaar. Indien de aanduiding veldspaat in een
glazuurrecept wordt gebruikt, bedoelt men kali veldspaat.
Veltspaat natron
Albite, sodaveldspaat. Veldspaat met een lager smeltpunt dan kali veldspaat en een duidelijke invloed op de kleuren.
Wollastonite/Calciumsilicaat
Vervanging voor kwarts en krijt in glazuren. Het reduceert de bak-
krimp van klei. Goed matteringsmiddel in glazuren, ook alkali glazuren.
Voorkomt speldenprik effect. Soms een wat saai mat oppervlak, wat zich
echter bijzonder goed laat inkleuren. Kan soms onverklaarbaar anders
reageren dan normaal, vooral in boor glazuren.
IJzeroxide geel
Toegepast in aventurijnglazuren.
IJzeroxide rood
Geel, roodbruin, bruin, grijsblauw, donkerblauw. Toevoeging 0,3-0,5%. Celadon 1,5 %. Werkt ook als vloeimiddel.
IJzeroxide zwart
Zie ijzeroxide rood
Zinkoxide
Sterk vloeimiddel, door de sterk kleurende werking echter niet als
zodanig toegepast. Zinkoxide Smeltmiddel in glazuren voor midden- en
hoge temperatuur. Bevordert de kristallisatie in afwezigheid van
aluminium. Werkt dekkend en matterend boven 10 %. Verhoogt de
bestendigheid tegen zuren, maakt het glazuuroppervlak sterker en
bestrijdt haarscheuren. Het neemt veel water op en heeft daardoor een
hoog krimppercentage, wat wegtrekken van het glazuur veroorzaakt. Wordt
daarom vaak van te voren op biscuittemperatuur samen met 5% kaolien
gecalcineerd. Zinkoxide zwakt veel kleuren af tot pastelkleuren, 4% of
meer. Chroom daarentegen wordt bruin.
Zirkoonoxide
Wordt gebruikt om glazuren dekkend te maken (10-15%)
Enigszins smeltpunt verhogend. Wordt vaak toegepast als vervanger
voor tinoxide. Geeft harder wit dan tinoxide. Zircoonwitte glazuren zijn
niet gevoelig voor sympathiebrand. Maakt glazuur loog en zuurbestendig.
Zirkoonsilicaat.
Zeer hoog smeltpunt 2550 graden°C. Vaak toegepast samen met tin om
smeltpunt te verlagen en opaakheid te behouden. Voorkomt haarscheuren.
Levenloos uitziende opaakheid.
Kan gebruikt worden met 10 % kaolien om randen van potten en deksels mee in te smeren om vastplakken te voorkomen.
BRON : https://www.mojokeramiek.nl/handige-tips/grondstoffen-en-hun-werking/